De Loop
De M1-karabijnloop is 457 mm lang en vervaardigd in het .30 kaliber met vier trekken en velden. De karabijnloop heeft een 19 mm lange spiebaan gefreesd nabij de voorkant aan de bovenkant welke bestemd is voor het bevestigen van de korrel. Aan de linker- en rechterkant, net achter de gascilinder zit een groef waarin het voorste deel van de spangreep komt te lopen. Er zijn twee basistypen lopen vervaardigd voor de M1-karabijn, dit heeft te maken te maken met het gebruikte ontwerp van de gascilinder. Alle lopen zijn oorspronkelijk geparkeriseerd, met uitzondering van enkele hele vroege Inland of Winchester lopen die geblauwd zijn.
Type 1
Deze loop is het originele ontwerp van Winchester. De loop is uit één stuk vervaardigd, inclusief de integrale gascilinder Type 1 en Type 2 lopen werden tegelijkertijd door verschillende fabrikanten geproduceerd. Type 1 lopen werden gemaakt door Winchester, Underwood, IBM en Marlin.

Type 2A
Inland produceerde voor een zeer korte tijd prototypes en vroege productielopen met een verwijderbare gascilinder, zoals weergegeven in technisch bulletin 23-7-1 van 17 maart 1942.
De gascilinder wordt op zijn plaats gehouden met een pin. Deze kan worden verwijderd voor reiniging of vervanging, door de pin eruit te slaan en de gascilinder van de loop af te schuiven. De Type IIA loop is alleen door Inland vervaardigd.

Type 2B
De Type IIB loop werd vervaardigd met de gascilinder vastgeklemd, deze kon niet meer worden verwijderd nadat deze was geïnstalleerd. De Type IIB loop werd vervaardigd door Inland, Rock-Ola, Buffalo Arms, Saginaw SG en de Brown-Lipe-Chapin Division van General Motors Corporation.

De Patroon Geleide Rand
Het doel van de patroon geleide rand is om de patronen die uit het magazijn komen, in de kamer van de loop te leiden. De eerste karabijnlopen hadden een lange patroon geleide rand. Dit is een verlenging aan de loop die bij het begin van de kamer deze rondom omgeeft van ongeveer de 10-uur positie, naar beneden en rond tot ongeveer de 3-uur positie. sommige van de lange patroon geleide randen raakte beschadigd bij de/montage van de loop en werden ingekort zodat de loop toch gebruikt kon worden. Toen test hadden aangetoond dat het inkorten van de patroon geleide rand geen invloed had op de werking van het wapen besloot de U.S. Army Ordnance half 1944 dat de lange patroon geleide rand niet echt nodig was en keurde in plaats daarvan een kortere patroon geleide rand goed. Deze begint bij ongeveer de 10-uur positie en loopt naar beneden tot ongeveer de 7-uur positie.

De Gascilinder
Er zijn twee soorten gascilinders één die een geïntegreerd onderdeel is van de loop, of een losse gas cilinder die later op de loop geperst is, op onderstaande foto ziet men een doorsnede van een gascilinder die op de loop geperst is, het kanaal voor de gas aftap werd pas geboord als de gascilinder was gemonteerd op de loop.

De gascilinders die later op de loop geperst werden zijn meestal geproduceerd door het bedrijf dat ook de loop maakte, Inland maakte voor zijn lopen gascilinders die waren gecodeerd met de letters I-I of II, ook zijn er onderaannemers die gascilinders maakte voor de lopen van Inland deze gebruikte de volgende letters BI, B1, RI, SI, W.I. en WI
De Gaszuiger
Dit is een korte, gepolijste zuiger gemaakt van een zeer hard metaal die de spangreep met de afsluiter naar achteren drijft wanneer de karabijn wordt afgevuurd. Het ontwerp bleef gedurende de productieperiode ongewijzigd. De gaszuiger is gemaakt van zeer hard staal. Inland is de enige fabrikant die gaszuigers codeerde (bijvoorbeeld LI, P.I., I-I, SI en WI). De totale lengte van de gaszuiger is 18,3 mm.

De Gaszuigermoer
Tijdens de productie van de M1 Karabijn in de Tweede Wereldoorlog zijn er twee types gaszuigermoeren gemaakt, hun functie was om de achterwaartse beweging van de gaszuiger tijdens de vuursequentie te regelen.
Type 1
Dit type gaszuigermoer is het oorspronkelijke productontwerp. Het aanslagoppervlak van de type 1 is vlak en stopt de achterwaartse beweging van de gaszuiger wanneer deze door het gas, dat uit de loop wordt afgetapt, naar achteren wordt gedreven. Dit punt bepaalt de lengte van de zuigerbeweging. Sommige karabijnen ervaren soms een onvolledige cyclus tijdens het vuren; deze storing was de aanleiding voor een modificatie van de type 1 gaszuigermoer. De type 1 gaszuigermoer werd gebruikt tot het derde kwartaal van 1943.

Type 2
Dit type gaszuigermoer heeft een 0,76 mm diepe tegenboring in de basis, waardoor de gaszuiger verder naar achteren kan bewegen. Deze verlengde beweging van de gaszuiger zorgt ervoor dat er meer kracht op de spangreep wordt overgebracht en lost het probleem van onvolledige cycli tijdens het schieten op. De type 2 gaszuigermoer werd voor het eerst genoemd in het ordonnantie technische handboek TM 9-1276, op 5 juni 1943.

De Loopmond
Alle M1-karabijnlopen hadden oorspronkelijk een afgeronde kroon aan de loopmonding. Wanneer een loopmondingskroon beschadigd raakte, werd deze gerepareerd, wat een lichte afdruk ( vlakke plek ) aan het uiteinde van de loopmonding achterliet.

Links: de gerepareerde kroon van de loopmonding